Uw zoekopdracht komt in het volgende document voor:
toelichting_rekenmodel_kia.pdf
Klik hier om het bestand te downloaden
Toelichting rekenmodel VGT. Om de effecten van de kleinschaligheidsinvesteringsaftrek (hierna te noemen : ‘KIA’) middels ‘strategisch investeren’ wat duidelijker zichtbaar te maken hebben wij het EXCEL bestand ‘Rekenmodel website’ gemaakt. Dit rekenmodel is gebaseerd op de aannames dat de rente op 3,5% per jaar is vastgesteld en dat alle leasecontract(en) een looptijd hebben van 60 maanden. Ook zijn er (fictieve) bedragen opgenomen zowel aan afsluitkosten (€ 225,- per contract) en aan switchkosten (€ 150,- per contact). Ook gaan wij er van uit dat de KIA gedurende 5 jaar op hetzelfde niveau blijft terwijl de ervaring leert dat deze KIA ieder jaar iets verhoogd wordt qua grensbedragen en KIA-bedrag. Voor de berekeningen maakt dat allemaal weinig uit want wij willen u het verschil laten zien tussen wel of niet ‘strategisch investeren’ en niet zozeer wat de werkelijke kosten van de financiering(en) zijn. Als u bedragen in het rekenmodel inbrengt is het wel van belang te weten dat een tandarts, tandartsspecialist, mondhygiënist, tandtechnicus of tandprothetisch in beginsel de BTW niet kan verrekenen en dat u dus bedragen inclusief BTW moet inbrengen om een duidelijk beeld te krijgen. Alle berekende bedragen in de tabel worden dan ook inclusief BTW weergegeven. Uitleg gebruik rekenmodel VGT. Open het EXCEL bestand ‘Rekenmodel website’ en vul nu eerst in de (blauwe) cellen in rij 4 de investeringsbedragen aan overige investeringen in die (voor zover bekend) reeds plaats hebben gevonden of dit jaar of de komende jaren nog plaats zullen gaan vinden. Dit zijn bijvoorbeeld de investeringen aangaande praktijkverbouwing, aanschaf computersysteem, airconditioning, parkeerplaatsen etc. Het zijn dus bedragen die geen betrekking hebben op de aanschaf van apparatuur. Dit is van belang omdat uw investeringsaftrek bepalend is voor het totaalbedrag van alle investeringen en niet alleen voor de investeringen aan apparatuur. Vul nu het aanschafbedrag aan apparatuur (steeds incl. BTW) in de (groene) cel C6. Nu kunt u in de (rode) cel C14 uitlezen wat het totaalbedrag aan KIA voor het eerste jaar zal gaan worden en in (witte) cel C15 kunt u het van toepassing zijnde percentage aan KIA zien, met daaronder in de (blauwe) cel C16 de KIA in Euro’s over de ‘eigen investering’ en in de (groene) cel C17 de KIA in Euro’s over de ‘investering apparatuur’ met daaronder in de (rode) cel C18 het totaalbedrag aan KIA in Euro’s. Rechts onderaan (in cel H58) kunt u het totaalbedrag aan bedrijfskosten aflezen wat u uiteindelijk per saldo moet betalen voor de investering aan apparatuur gedurende de komende 5 jaar als er geen sprake zou zijn van KIA en daar weer onder (in cel H62) wat het totaal aan KIA voor deze investeringen is. Schrijf dit getal even ergens op een papiertje om straks te vergelijken. Stel nu het bedrag in cel C6 weer op nul en vul hetzelfde investeringsbedrag aan apparatuur eens in bij cel C7. Op de regel 14 t/m 18 treft u weer het percentage en bedragen aan investeringsaftrek aan. U kunt nu constateren (in cel H62) hoeveel KIA er nu naar voren komt. Laten wij eens twee voorbeelden met u doornemen: Voorbeeld 1: U investeert in 2022 € 100.000,- in ‘andere investeringen’ en € 100.000,- in apparatuur. U vult dus deze getallen in bij de cellen C4 (blauw) en C6 (groen). Onderaan ziet u dat de KIA € 10.056,- bedraagt. Nu haalt u het bedrag in de (groene) cel C6 weer weg en vult de € 100.000,- in de (grijze) cel C7 in. Nu ziet u opeens een KIA van € 33.568,- verschijnen (…). Voorbeeld 2: U investeert in 2022 € 100.000,- in ‘andere investeringen’, maar nu gaat u een investering van € 200.000,- in apparatuur doen. U zet eerst alle getallen op nul en dan vult u deze getallen in bij de cellen C4 (blauw) en C6 (groen). Onderaan ziet u dat de KIA nog maar € 2.496,- bedraagt. Nu haalt u het bedrag in de (groene) cel C6 weer weg en vult € 100.000,- in de (grijze) cel C7 en € 100.000,- in de (oranje) cel C8 in. Nu ziet u opeens een KIA van € 50.352,- verschijnen (…). En zo kunt u de investeringen in apparatuur verdelen over de cellen C6 t/m C9 om de maximale KIA te bereiken. Let er bij het ‘spelen’ met deze getallen er wel goed op dat het getal in de (gele) cel C11 steeds gelijk blijft als totaalbedrag aan apparatuur, want als u ergens in de cellen C6 t/m C9 een invulfout maakt vallen alle getallen daarna -uiteraard- verkeerd uit! Waar komen deze verschillen in KIA (bij dezelfde investeringen) nu opeens vandaan? De verschillen ontstaan in de relatie tussen het aankoopbedrag en het aankoopmoment. Bedragen die in (blauwe) cel C4 en (groene) cel C6 ingevuld worden hebben betrekking op investeringen in hetzelfde jaar. Naarmate het totaal aan investeringen groter wordt daalt de aftrek in procenten en ook in Euro’s (zie de kolom ‘investeringsaftrek 2022’). Door het bedrag aan investeringen in apparatuur nu in te vullen in de (grijze) cel C7 investeert u in het eerste jaar NIETS aan apparatuur, maar u HUURT de apparatuur gedurende (bijvoorbeeld) 12 maanden in de vorm van een operational lease (OL). Na 12 maanden switch u van OL naar FL (financial lease) en zo ‘koopt’ u de apparatuur van de leasemaatschappij en pas op DAT moment investeert u en komt u ook pas op DAT moment (dus een jaar later) opnieuw in aanmerking voor investeringsaftrek voor de aanschaf van de apparatuur. Dit omzetten van huur naar koop (van operational lease naar financial lease) noemen we de SWITCH. Dit ‘switchen’ kan ook na bijvoorbeeld 24 of 36 maanden, daarvoor vult u het bedrag in (oranje) cel C8 of de (donkerblauwe) cel C9 in. Zo kunt u dus een deel van de apparatuur direct kopen (cel C6), een deel kopen na eerst 12 maanden te hebben gehuurd (cel D7), een deel kopen na 24 maanden te hebben gehuurd (cel E8) of een deel kopen na 36 maanden te hebben gehuurd (cel F9) en hiermee de KIA zo gunstig mogelijk ‘in te delen’ c.q. te verdelen over de komende jaren. De bedragen die u in de kolommen D, E of F ziet staan zijn lager dan de (originele) bedragen in de kolom C. Dat komt omdat een leasecontract dan al enige tijd loopt en de ‘contante waarde’ van de apparatuur inmiddels is gedaald. Dat maakt voor de totale kosten niets uit, want wat u bij een OL contract aan ‘huur’ betaalt, betaalt u bij een FL contract aan ‘rente en aflossing’. Bij een gelijkblijvende rente zijn deze bedrijfskosten gelijk. Bij een OL contract moet rekening gehouden worden met een ‘restwaarde’ van 7,5% van de originele prijs. Vandaar dat u bij een contract wat ‘geswitched’ is in de kolom G hogere bedragen ziet staan dan in de jaren daarvoor. Immers, de restwaarde moet dan (alsnog) ingelopen worden. Maar ook dat maakt voor de totale kosten niets uit, want feitelijk heeft u voor een OL contract in de periode dat het OL-contract liep 7,5% te weinig betaalt. Garantie: De berekeningen uit deze rekenmodellen zijn van toepassing zolang de investeringsaftrekregeling van kracht is. Vervalt deze regeling dan vervallen uiteraard ook de hieraan gekoppelde voordelen. De ondergrens aan investeringen voor de KIA in 2022 is € 2.401,- en de bovengrens is € 332.994,-. Overige bepalingen: Aan het afsluiten van een leasecontract en het ‘switchen’ van een OL naar een FL (wat voor u een recht is en GEEN plicht) zijn mogelijk wel kosten verbonden. Een inschatting van deze kosten hebben wij in de berekeningen meegenomen. Het moment van switchen dient u zelf goed te bewaken. Dat is een afspraak tussen u en de leasemaatschappij. Zolang de maatschappij niets van u verneemt zal de OL ongewijzigd doorlopen. En het is juist zaak om op tijd te switchen naar een FL, want pas na een switch komt u in aanmerking voor KIA! Agendeer deze termijn om de maatschappij hierover te berichten tenminste drie maanden voor het einde van het jaar waarin u een contract wilt gaan switchen en bewaak deze afhandeling zelf. Conclusies: Zeker bij grotere investeringen kan een goede beoordeling van het financieringsmodel en het investeringsmoment voor u een groot voordeel opleveren. Deze beoordeling moet dan wel tijdig gemaakt worden, want achteraf alsnog corrigeren kan niet! Laat u daarom door uw leverancier voorlichten of laat uw accountant voor vragen hierover contact met de leverancier of met de VGT opnemen. E. Kolsteeg – 17 mei 2022